Financiële positie in kengetallen

Onderstaande kengetallen moeten verplicht in de jaarrekening worden opgenomen. Deze getallen kunnen helpen bij de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. Het geeft inzicht in de financiële ruimte waarover de gemeente al dan niet beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen opvangen. De financiële weer- en wendbaarheid. De raad heeft normen vastgesteld voor de kengetallen, en daarmee richting gegeven aan het financieel gezond beleid.

Kengetallen

Werkelijk 2021

Begroot 2022

Werkelijk 2022

Verschil

Norm

Netto schuldquote

39%

67%

39%

28%

< 110%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

37%

67%

37%

30%

< 110%

Solvabiliteitsratio

52%

48%

43%

5%

> 35%

Structurele exploitatieruimte

5%

-5%

6%

-11%

> 0%

Grondexploitatie

-1%

3%

0%

3%

-

Belastingcapaciteit*

106%

107%

118%

-11%

-

Hierna wordt per kengetal weergeven welke verhouding wordt uitgedrukt, en wordt een beoordeling van de kengetallen gegeven.

Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

De schuldquote is de verhouding tussen schulden en jaarlijkse inkomsten. Een hogere schuld geeft een hogere netto schuldquote. Om inzicht te verkrijgen in hoeverre er sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven.

Solvabiliteitsratio

De solvabiliteitsratio drukt het eigen vermogen uit als percentage van het totale vermogen. Het laat zien welk deel van het gemeentebezit is afbetaald en geeft daarmee inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente. De mate van weerbaarheid geeft in combinatie met de andere kengetallen een indicatie over de financiële positie van een gemeente.

Grondexploitatie

De invloed van grondexploitaties op de financiële positie van een gemeente is relatief gering. Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten van de gemeente. Overigens valt de grondexploitatie van Green Park Aalsmeer Gebiedsontwikkeling B.V. (GPA) hier niet onder. Uithoorn bezit 50% van de aandelen en staat garant voor een bedrag van € 50 miljoen.

Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van de financiële positie is het ook van belang te kijken naar de structurele baten en structurele lasten. Structurele baten zijn bijvoorbeeld de algemene uitkering uit het gemeentefonds en de opbrengsten uit de onroerendezaakbelastingen (OZB). Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten te dekken.

Belastingcapaciteit

Deze indicator vergelijkt de woonlasten in de gemeente Uithoorn met landelijk gemiddelde tarieven. De woonlasten bestaan uit OZB en riool- en afvalstoffenheffing. De riool- en afvalstoffenheffing zijn in de gemeente Uithoorn kostendekkend.

De mate waarbij een tegenvaller kan worden bijgestuurd, wordt ook wel de wendbaarheid van de begroting genoemd. De belastingen en heffingen worden verder toegelicht in de paragraaf 'lokale heffingen'.

Beleid weerstandsvermogen en risicobeheersing

Binnen de gemeente worden de risico’s gemonitord. Per afdeling worden de risico’s en de ontwikkelingen daarbinnen bewaakt. De ontwikkelingen omtrent risico’s worden centraal bijgehouden en bij besluitvorming vormt risicomanagement een vast onderdeel. Het beleid is erop gericht om risico’s waar mogelijk te vermijden of anders maatregelen te treffen om risico’s te verkleinen of af te dekken. Bijvoorbeeld door verzekeringen. Voor risico’s die niet afgedekt zijn moet de gemeente een weerstandsvermogen hebben.

Risicoprofiel en bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit

Minimaal tweemaal per jaar wordt er op basis van de geïnventariseerde risico’s een risicoprofiel samengesteld. Op basis van kansberekening bedraagt het risicoprofiel € 9,5 miljoen.

De geïnventariseerde risico’s zijn in onderstaande risicokaart weergegeven, waarbij het gevolg in geld is afgezet tegen de kans dat het risico zich voordoet. Het betreft de inventarisatie van concrete en specifieke risico’s, na het treffen van beheersmaatregelen.

Klasse

> 500.000

1

5

3

2

0

250.000 - 500.000

0

2

5

0

0

100.000 - 250.000

4

4

7

0

2

25.000 - 100.000

5

17

8

0

2

0 - 25.000

20

2

11

1

6

Kans

10%

30%

50%

70%

90%

Uitgangspunt is dat het risicoprofiel afgedekt moet zijn door risicoreserves. Bovendien moeten grote risico’s dubbel worden afgedekt (ratio 2). In de huidige situatie is de ratio 2 van toepassing op de risico’s van GPA en het sociaal domein.

De geïnventariseerde risico’s vermenigvuldigd met de ratio is de benodigde weerstandscapaciteit bepaald op € 15,6 miljoen. Overeenkomstig de beleidsuitgangspunten van de 'nota weerstandsvermogen en risicobeheersing' moet het risicoprofiel vermenigvuldigd met de ratio volledig worden afgedekt met reserves.

Belangrijkste risico’s

Op basis van kansberekening is het gewicht van de diverse risico’s weergegeven in onderstaande tabel.

Risico

Ratio

Gewicht

Green Park Aalsmeer (GPA)

2

51%

Bouwgrondexploitaties (BGE)

1

4%

Sociaal domein

2

12%

Overige risico’s

1

33%

Hierna volgt een toelichting op hoofdlijnen van de belangrijkste risico’s van de gemeente.

Green Park Aalsmeer (GPA)

Het belangrijkste risico van de gemeente Uithoorn is een toename van het tekort op de exploitatie van GPA. Gemeenten Uithoorn en Aalsmeer participeren beiden voor 50% in GPA. Beiden staan voor 50% garant voor een bedrag van maximaal € 100 miljoen voor GPA. GPA is in 2004 opgericht om een bedrijventerrein te realiseren aan de omgelegde N201. Ook was het de bedoeling om de gemeentelijke bijdrage aan de omlegging van de N201 te betalen met het financiële resultaat van de grondexploitatie. Bij een tekort op de grondexploitatie wordt de gemeente uit hoofde van de garantstelling aangesproken voor dit verlies.

Bij de jaarrekening 2021 viel de in 2020 getroffen voorziening GPAG vrij vanwege een verwacht positief resultaat. Per 1 juli 2022 heeft weer een actualisering plaatsgevonden. Het geprognosticeerd nettoresultaat van het ontwikkelbedrijf en het erfpachtbedrijf tezamen bedraagt nu circa € 2,91 miljoen negatief. Dit negatieve resultaat wordt voornamelijk veroorzaakt door onvermijdelijke (civieltechnische) kostenstijgingen en rentestijgingen. Hiervoor is een voorziening gevormd van € 1,46 miljoen.

Het bedrijventerrein krijgt steeds meer vorm, maar er blijft een kans dat de grondexploitatie van GPA met een tekort eindigt. Gezien de doorlooptijd en de omvang van het project is het risicoprofiel niet gewijzigd ten opzichte van de jaarrekening 2021.

Sociaal domein

Binnen het sociaal domein zien we dat er met name de afgelopen jaren sprake is geweest van stijgende kosten, vooral voor de specialistische jeugdhulp en in beperktere mate voor de Wmo. Dit landelijke beeld zien we ook in de gemeente Uithoorn terug. In 2022 zijn we mede daarom overgegaan naar een nieuwe wijze van inkoop van de hoogspecialistische jeugdhulp, namelijk via taakgerichte financiering met een lumpsum voor een beperkt aantal kernpartners.

Daarnaast is vanwege de inhoudelijke maar zeker ook financiële uitdagingen in het sociaal domein in 2022 gestart met het programma 'Datagedreven sturing in het sociaal domein' en de drie bijbehorende lijnen 'sturing door data', 'sturing op inhoudelijke beleidslijnen' en 'vergroten kostenbewustzijn'. Daarbij leren we samen met en van anderen. Zo krijgen we meer inzicht en sturingsmogelijkheden door het leveren van tijdige en betrouwbare sturingsinformatie in combinatie met inhoudelijke keuzemogelijkheden (inclusief consequenties en risico’s van die mogelijkheden). De focus in 2022 binnen dit programma lag op de specialistische jeugdhulp, maar we kijken ook naar de prognoses voor de Wmo aangezien op de middel-lange termijn de vergrijzing naar verwachting ook effect gaat hebben op een toenemend gebruik en daarmee de kosten van de Wmo-voorzieningen.

Overige risico’s

De overige risico’s bestaan uit ongeveer 80 onderwerpen. De belangrijkste hiervan zijn het gemeentefonds en het risico dat gemeentelijke applicaties worden gehackt. Ook wordt nog rekening gehouden met corona. Verder komt onder andere aan de orde nieuwe wetgeving (onder andere de Omgevingswet), risico’s binnen verbonden partijen (omgevingsdienst, veiligheidsregio, GGD), schadeclaims, ICT/digitalisering en personeel (wachtgelden, arbo, arbeidsmarkt). Op een aantal van deze risico’s heeft de gemeente geen invloed, maar voor het merendeel van de risico’s zijn beheersmaatregelen benoemd.

Beschikbare weerstandscapaciteit

Volgens ons beleid moet het risicoprofiel worden afgedekt met de risicoreserve. De risicoreserve moet een weerstandscapaciteit bevatten van minimaal € 15,6 miljoen. De Algemene risicoreserve bedraagt per 31-12-2022 €  miljoen. Daarmee is de Algemene risicoreserve ruim op het vereiste niveau.

Overigens kunnen naast de Algemene risicoreserve andere onderdelen worden aangemerkt als weerstandscapaciteit. Zoals de Budgetegalisatiereserve en eventuele stille reserves. Ook belastingcapaciteit kan als weerstandsvermogen worden aangemerkt. Zie kengetallen in deze paragraaf. Indien noodzakelijk kan een beroep op deze onderdelen worden gedaan.

Conclusie weerstandsvermogen

Beoordeling weerstandscapaciteit

Benodigd weerstandsvermogen

9,5 miljoen

Benodigde reserve bij ratio 2 (grote risico’s) en 1 (overige risico’s):

15,6 miljoen

Stand Algemene risicoreserve per 31-12-2022

miljoen

Overschot weerstandsvermogen

26,0 miljoen

Gemiddelde ratio weerstandsvermogen

4,4

Integrale beoordeling van alle risico’s:

01-03-2022

Het weerstandsvermogen wordt bepaald door het risicoprofiel (€ 9,5 miljoen) af te zetten tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. Hieruit volgt een ratio die de mate van weerstandsvermogen van de gemeente aangeeft. De beschikbare weerstandscapaciteit wordt in deze berekening beperkt tot de stand van de Algemene risicoreserve (€  miljoen). De ratio komt uit op 4,4. In zijn algemeenheid wordt dit beoordeeld als ruim voldoende weerstandsvermogen. Dat wil zeggen dat beschikbare weerstandscapaciteit toereikend is om de (financiële) gevolgen van de geïnventariseerde risico’s op te vangen.

Stel uw tan:document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf